In de jaren 80 werd vastgelegd dat mannen die na 1977 seks hebben gehad met mannen, nooit bloed mogen geven, omdat er een te groot risico aan verbonden is op gebied van HIV of aids. Een Amerikaanse rapport weerlegt deze levenslange uitsluiting, maar het Belgische Rode Kruis volgt niet. “Homo’s vrijen per definitie onveilig” – als we hen mogen geloven.

De wetenschap heeft de vensterperiode weten te verkorten tot maximaal 21 dagen (ipv tussen 22 dagen en 6 maanden tijd) om de antistoffen van het hiv-virus te kunnen opsporen. Mannen die seks hebben of hadden met mannen, lopen statistisch gezien een groter risico op een HIV-besmetting. Sensoa voerde begin dit jaar nog campagne dat één op veertig homo’s besmet is. De vensterperiode is voor iedereen gelijk, maar toch worden heteromannen niet als risicovol beschouwd.
De kans dat een recent besmette heteroman bloed geeft bestaat. Elk afgenomen bloedstaal wordt zorgvuldig getest op het aantal bloedcellen, bloedgroep en onderzocht op syfilis, antilichamen van HIV (virus dat AIDS veroorzaakt), hepatitis B en C.

Volgens Spirit kamerlid Annelies Storms is een levenslang verbod dat homoseksuelen geen bloed mogen geven overbodig. Een verbod van één jaar na risicovol gedrag volstaat volgens haar, zoals dat ook voor heteromannen nu het geval is. Het Amerikaanse Rode Kruis gaf het advies om de toelatingscriteria te herzien, om homomannen gelijk te schakelen met heteromannen. De European Blood Alliance volgt dit advies niet op en dus ook het Belgische Rode Kruis niet. Annelies Storms schrijft op haar site: “De veiligheid van het bloed is absoluut prioritair. Uitsluiting van mensen om veilig bloed te garanderen is gerechtvaardigd. Het Rode Kruis mag zich echter niet achter dit argument blijven verschuilen. In de Verenigde Staten oordeelt het Rode Kruis op basis van wetenschappelijke en medische argumenten dat bloeddonaties door homo’s en bi’s veilig bloed niet in de weg staan. Daarnaast zorgde de medische vooruitgang ervoor dat de vensterperiode waarbinnen HIV niet opgespoord kan worden, verkort werd van maximum 6 maanden naar maximum 21 dagen. Na het verstrijken van die periode is er echt geen reden meer om andere criteria te handhaven voor homo’s of voor hetero’s.”
“Waarom zou een homoseksuele man die al jaren trouw is aan zijn partner tot een risicogroep moeten behoren?” vraagt de links-liberale zich af, “Het is het seksuele gedrag dat een risico inhoudt, niet de seksuele geaardheid”

Het weigeren van homobloed kunnen we vergelijken van het bloed van zwarten die men niet wou toedienen aan blanke Christenen. Mogen we binnenkort verwachten dat het Rode Kruis beslist dat zwarten geen bloed mogen geven, aangezien het hiv-virus het sterkst toeneemt onder de Afrikaanse ontwikkelingslanden?

Jong & HiB hield in 2004 al een ludieke actie betreffende deze vorm van discriminatie, door de rollen eens om te keren en enkel homo’s te voorzien van homobloed tijdens de Nacht van de Solidariteit in het Concertgebouw van Brugge. Toen vonden we meermaals de woorden “NOOIT” in hoofdletters terug in de brochures en op de website van het Rode Kruis, terwijl het anno 2006 veel genuanceerder vermeld staat. Juridisch gezien konden we toen niet spreken van discriminatie op grond van seksuele voorkeur. Tenslotte was de formulering dat “enkel mannen die seks gehad hebben met mannen na 1977, uitgesloten zijn als bloeddonor”. Dat liet ruimte voor maagdelijke homo’s en homo’s die géén seks na ‘77 hadden, om toch nog bloed te mogen geven. (of het in praktijk zo ging was te vraag)

We kunnen wel ethische bezwaren hebben op het feit dat homoseks een negatieve connotatie krijgt door ze net als prostituees en drugsgebruikers levenslang uit te sluiten als bloeddonor. De beweegredenen kunnen hard aankomen als je in de oude folders van het Rode Kruis leest dat “mannen die ooit seks gehad hebben met (een) andere man(nen) NOOIT bloed mogen geven”. Nu is die formulering door het Rode Kruis herzien en lezen we “Epidemiologische gegevens van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid tonen aan dat tatoeages, piercings of wisselende of homoseksuele contacten het risico op HIV en andere door bloed overdraagbare infecties aanzienlijk verhogen. Als uit de medische vragenlijst van een kandidaat-donor blijkt dat er een risico is op overdracht van besmettelijke aandoeningen zoals aids of hepatitis, zal de donor geweigerd worden.”

In de nieuwe folders heeft richt men zich op personen die een homoseksueel contact hebben gehad, dus op basis van seksuele geaardheid. Volgens Jong & HiB moet er wel eerst risicovolle seks zijn geweest tussen personen van hetzelfde geslacht. De huidige formulering is wel discriminerend, want zegt indirect dat alle homo’s onveilig vrijen. Beide formuleringen laten geen enkele ruimte voor geteste homo en biseksuele mannen, uit een monogame relatie “wiens bloed veiliger is” dan dat van om het even welke heteroseksuele man. Ook kunnen we ons de vraag stellen of de overheid of een organisatie, het recht heeft te weten wat er allemaal tussen onze lakens gebeurt.

Klik hier voor het pamflet van het Regenboogkruis, onze ludieke actie die opnieuw brandend actueel is geworden. www.j-h.be/download